De zomertuin is nu zó mooi,
ik mag er erg graag komen,
de vogels zingen met elkaar,
in de toppen van de bomen.
Alles bloeit nu zo uitbundig
en ik zet me neer onder een boom,
de wind waait door mijn haren
en ik word slaperig en loom.
Dan zie ik plotseling een Man staan,
Hij wenkt en roept me toe:
"kom je een eindje met Mij lopen,
je bent toch niet té moe?"
Zijn stem klinkt zo uitnodigend
en samen gaan we dan op pad,
de tuin waarin we lopen
verbergt een grote schat!
De bomen hangen vol met fruit
en staan aan brede stromen,
we lopen door tot aan een poort
waardoor we verder komen.
De Man gaat mij dan voor
en ik zie een binnenhof,
vele Engelen zijn aan het zingen
en geven Hem voortdurend lof!
Dit is wel een héél bijzondere tuin
en ik kijk eens goed naar Hem,
dan zie ik wonden in Zijn handen
en ik herken Hem aan Zijn stem!
Hij is de goede Herder
De Weg, De Waarheid en Het Leven,
Hij reikt mij een mand met vruchten aan
uit Zijn liefdevolle hart gegeven!
Dan ontwaak ik en kijk om mij heen
en zie een mand met vruchten staan:
"van je buurvrouw" staat geschreven
"ik ben maar stil weer weggegaan!"
De zomertuin is nu zó mooi,
'k zie het met andere ogen,
alles ademt Gods Liefde uit,
waarvoor de Engelen zich bogen!
Els Hengstman-van Olst.
Genesis 3:8.
En zij hoorden de stem van de Heere God, Die in de hof wandelde, bij de wind in de namiddag".
Prediker 2:5
Ik legde mij tuinen en boomgaarden aan en plantte daarin allerlei vruchtbomen.
Ik legde mij waterbekkens aan
om daaruit een bos met jonge bomen te bevochtigen".